|
|||
Gedurende
de vijf maanden voorarrest werden er de nodige
onderzoekers op Nouredinne losgelaten. De psychiater en
psycholoog achtten de kans op herhaling groot en noemen
de kans op een succesvolle behandeling klein. In hun
rapporten meldden ze een gebrekkig zelfinzicht,
anti-sociale persoonlijkheidstoornis, een brein dat niet
door enig geweten wordt gehinderd. Bovendien
weigerde Noureddin elke verantwoordelijkheid te
dragen voor zijn eigen gedrag. In december ´98
vertelde Noureddin´s advokaat B. Vink, dat Noureddin
Eddy Wind uit noodweer heeft neergestoken.
Noureddin zelf verteld de rechter van de Amsterdamse
rechtbank M. Vermeulen dat hij de dolk met lemmer van
15,5 cm toevallig bij zich had, relatieproblemen met zijn
vriendin had en ook net was ontslagen als loodgieter.
Bovendien had hij twee nachten niet geslapen. Noureddin
verklaarde geen psychische hulp te willen. Mede omdat het
Noureddin aan enige motivatie voor een behandeling
ontbreekt eist de officier van justitie 10 jaar, maar
geen tbs. Op 30 december 1998 werd Noueddin conform deze
eis veroordeeld wegens doodslag, poging tot doodslag en
een autodiefstal. De rechter verklaarde dat Noureddin met
zijn ´willekeurig handelen grote gevoelens van
onveiligheid´veroorzaakte en de familie van Eddy Wind
onzegbaar leed heeft aangedaan Het vonnis hoorde hij
volgens ´Rob Rombouts in Het Parool van 31 december ´licht
voorovergebogen aan, handen in de schoot, zijn blik strak
op de rechter gericht. Als de woorden ´10 jaar´ vallen,
recht de 23-jarige zijn gedrongen lijf en kruist zijn
armen voor de borst. De donkere ogen spuwen vuur. Dan
frummelt hij wat aan zijn lip en hoest. Toen hij na
de uitspraak door parketwachters werd afgevoerd, riep
Noureddin Ik ga in hoger beroep. Bij dat hoger
beroep werd hij in juli ´99 veroordeeld tot tien jaar,
zonder TBR. Tisani Bensisaid Heb je wat te melden dat de moeite waard is om opgenomen op deze Naffer-sites? Doe dit per e-mail naar naffer@mail.com |
|||
|
|||
|
|||
Nederland
kent, net als Marokko officieel twee soorten van justitiële
jeugdinrichtingen. Opvanginrichtingen en
behandelinrichtingen. In een opvanginrichting horen
jongeren te verblijven die voorlopige hechtenis moeten
ondergaan, die een straf moeten uitzitten, of die moeten
wachten op plaatsing in een behandelinrichting. In
praktijk zit de behandelafrichting vol en verblijf je
veel langer dan is toegstaan in een politiecel. Of als je
geluk hebt in het Huis van Bewaring, tot er een plaatsje
vrij komt in de behandelinrichting. Die is er voor
jongeren die een civiel- of strafrechtelijke maatregel
opgelegd gekregen hebben. Naast het onderscheid in open
en gesloten inrichtingen zijn er nog enkele andere
verschillen. Zo zijn er inrichtingen voor jongens, voor
meisjes en voor allebei. Eén van de inrichtingen is
specifiek bestemd voor zwakbegaafde jongens, één
inrichting heeft een speciale afdeling voor de
behandeling van seksuele delinquenten en een drugsvrije
afdeling (beide zijn bestemd voor jongens) en er is één
inrichting voor jongens met ernstige psychische
stoornissen. De justitiële behandelinrichtingen hebben
(naast beveiliging) tot taak verzorging, opvoeding en
behandeling te bieden. In Holland hebben ze de afgelopen
jaren de capaciteit van deze jeugdinrichtingen grof
uitgebreid. Van 486 in 1993 tot 714 begin 1997. Deze
plaatsen zijn verdeeld over elf inrichtingen met dertien
vestigingen. Er zijn gesloten en open inrichtingen.
Sommige inrichtingen hebben beide afdelingen in één
gebouw. Blijven die vervelende politiestransporten met de
handboeien om je bespaard als je wordt overgeplaatst. De
capaciteitsuitbreiding betrof vooral de strengere
gesloten plaatsen, waardoe met name de Naffers
veroordeeld worden. In 1993 werd 33% van de jongeren
veroordeeld tot de gesloten inrichting, in 1997 was dat
al gestegen tot 56%. Om te voorkomen dat we de complete
capaciteit van het jongeren-gevangenwezen verstoppen,
wordt er op dit moment gesproken over de mogelijkheid om
veroordeelde Naffers, en dan met name hen die Nederland
toch al een klote-tering-kutland vinden, hun behandeling
onder toezicht van de Marokkaanse merda in het
zuidmarokkaanse Taghazout te laten ondergaan. Hetgeen
tevens het probleem van uitwijzing na afloop van de
detentie aanzienlijk vereenvoudigd. Want er hoeft dan
niet meer uitgewezen te worden. In Taghazout kamp men ook
al met ruimtegebrek. Met een beetje geluk lukt het in
toerbeurt een slaapplek te veroveren. Er zitten twaalf
keer meer jongens als er plaats is, weet men te
vertellen. Hoopvol wordt er in Taghazout gesproken over
een nieuw gigantisch Naffer-kamp, dat een paar honderd
kilometer zuidelijker zal worden gebouwd en enige
verlichting moet brengen in de hopeloze situatie van uit
Europa uitgewezenen. De nieuwe Marokkaanse justitiële
jeugdinrichting zal naar Moulai Abdillah, de overleden
broer van koning Hassan II worden vernoemd, omdat ´zijn
nagedachtenis tot voorbeeld zal strekken´. Hassan Alaoui |
Hassan Alaoui werkte voor hij als illegaal Holland werd uitgewezen in coffeeshop Westerpark, een van de vele ´geheime´ coffeeshops die onstonden in containers, schuurtjes en garages nadat burgemeester Patijn de leeftijdslimiet in de officiele coffeeshops tot 18 jaar verhoogde. Als vrijwilliger was Hassan medewerker van MokumTV, lokale televisie in Amsterdam. Een tijdje woonde Hassan in Salé, vlakbij de Marokkaanse hoofdstad Rabat, waar hij onregelmatig werkte als ontwerper in een textieldrukkerij. Je kunt Hassan zien met een door hem ontworpen MokumTV-t-shirt op zijn CasaNaffer-site http://homepages.infoseek.com/~casanaffer/index.html |
|
|
Khadija Arib (1960) is een Naffer uit Hedanis, een gehucht in de buurt van Casablanca en is sinds 19 mei 1998 Tweede-Kamerlid voor de PvdA. Khadija woont in Amsterdam en houdt zich in de Tweede Kamer o.a. bezig met jeugdcriminaliteit. Lees vooral hoe ze je Marokkaanse voorganger in de 2de Kamer behandelden, en pas op voor die sukkels van NOVA, Khadija | |
|
|
Hamid Houda (1954), een Naffer uit Meknes die het tot Tweede Kamerlid bracht, werd in augustus 1997 door het tv-programma Nova onderuit gehaald. Hamid zou inkomsten van zijn onderneming Houda Textiel niet te hebben opgegeven aan de belastingdienst. Op eigen verzoek van Hamid werd door oud-president Kordes van de Algemene Rekenkamer een onderzoek ingesteld. De conclusie was dat Hamid wettelijk niets te verwijten viel. In geboortestad Meknes volgde Hamid drie jaar middelbaar onderwijs en kwam in het kader van gezinshereniging in 1971 naar de Haarlemse Leidsebuurt. Tot ´76 werkzaam bij verschillende schoonmaakbedrijven en fabrieken, deed hij na zijn lasser-opleiding bij de Hoogovens in IJmuiden een H.B.O.-opleiding maatschappelijk werk. Men smeekte hem destijds lid te worden van de Partij van den Arbeid afdeling Haarlem. Hamid´s carriere verliep voorspoedig. Als groepswerker bij de Stichting Buitenlanders in Haarlem (1976-1977), maatschappelijk werker bij de vereniging Humanitas (1978-1981), als medewerker van de stichting Sociale en Juridische Hulpverlening aan Buitenlanders in Amsterdam (1981-1984), coördinator minderhedenbeleid Noord-Holland (1984-1989), Haarlems gemeenteraadslid (1986-1994, met één jaar onderbreking). Hamid werd tevens een zelfstandig ondernemer. Houda Textiel noemde hij het bedrijf dat hij in 1989 liet inschrijven. Toen Hamid in 1994 werd gekozen tot 2e kamerlid werd zijn vrouw directeur van Houda Textiel. En toen begon Nova te scharrelen. Zit er gvd eindelijk een Marokkaan als volksvertegenwoordiger in de kamer en dan wordt hij door die klootzakken van NOVA gesloopt vanwege een lullige onkostenvergoeding. Het enige dat Hamid Houda kon worden aangerekend was dat hij zijn inkomsten als ondernemer niet in mindering bracht op de onkostenvergoeding die hij als Tweede-Kamerlid ontving. Het televisieprogramma NOVA maakte heel wat bombarie met deze beschuldiging. Hamid handelde cool door de kwestie voor te leggen aan een onafhankelijke derde. De slangenkuil van de PvdA-kamerfractie besloot dit oordeel af te wachten. Hadden zij Hamid niet zelf gewezen op de constructie? Hadden zij NOVA zelf niet getipt om hen daarop te atenderen? Even hield de PvdA-fractie de schein op dat zelf bij hun gold dat schuld nog altijd moet worden bewezen. Houda voelde zich terecht gesterkt door de bevindingen waarmee oud-president Kordes van de Algemene Rekenkamer kwam. Ze waren vernietigend voor de makers van het televisieprogramma NOVA. Hoe ze ook hun best gedaan hadden om Hamid te slopen, naar de regel van de wet had hij niets onoirbaars gedaan. En toen gooide men het over de andere boeg. Kwam de geest van de schadeloosstellingsregeling voor Kamerleden uit de fles. Bedoeld om de koetsier te betalen die Hamid met de postkoets van Haarlem naar Den Haag bracht. Nee, in die geest was er wel degelijk sprake van nevenactiviteiten, die op zijn Kamerinkomsten hadden moeten worden gekort. NOVA legde de conclusie bijna in de mond van Kordes, toen deze Maatschappelijk-ethisch onjuist papagaaide. Hoewel Kordes niets anders kon concluderen dat Hamid wettelijk niets te verwijten viel, kreeg hij een trap na omdat de sucker etisch gezien problemen had met Hamid´s textielhandel. Ja, je leest het goed, dat textielbedrijfje, dat vooral door zijn vrouw werd gedreven. Kordes blies nog eens extra op de fles door ongevraagd te ventileren dat hij in eenzelfde situatie zou zijn opgestapt Makkelijk praten als je zelf geen textielwinkel hebt. Terecht besloot Hamid te blijven zitten, want er was toch, behalve was estetisch geloei van die vaste NOVA-kijker Kordes geen overtreding geconstateert. Houda besluit om niet te verstrekken lijkt door de fractie van de PvdA te worden gerespecteerd. Men geeft op 24 september 1997 een verklaring uit, waarin te lezen valt dat ´in geen enkel opzicht is komen vast te staan dat de heer Houda de constructie heeft gekozen om zijn volledige schadeloosstelling te kunnen behouden´ en ´van kwader trouw geen sprake was´. NOVA is vastbesloten Hamid te naaien. Leden van de PvdA-fraktie worden zowel in Den Haag als thuis door de camera achtevolgd. Iedereen die ze voor de lens krijgen wordt onderworpen aan de wreedste kruisverhoren uit de geschiedenis van de Nederlandse televisie. En ze sporen ook een rancuneuze ex-werknemer op, die bereid is in de uitzending van 7 november 1997 te verklaren dat Houda zijn werknemers zou hebben gedwongen te verzwijgen dat ze zwart werden betaald. Ook hier had moeten gelden dat zo´n beschuldiging eerst moet worden bewezen. Maar die schijtluizen van de kamerfractie van de PvdA waren dat NOVA-gedonder zat. Nog voor de rechter had kunnen spreken besloot de meerderheid van de lafbekken het vertrouwen in Hamid op te zeggen. Naffers, pas op voor de PvdA en wees op je hoede met dat omstreden NOVA. Mohamed el-Fers Heb je wat te melden dat de moeite waard is om opgenomen op deze Naffer-sites? Doe dit dan per e-mail naar naffer@mail.com |