Intifada in
Amsterdam-West
Donderdag 23 april jongstleden (1998)
ging in Amsterdam-West de vlam in de pan. Een
onbetekenend incident ontaardde in een veldslag tussen
politie en Marokkaanse jongeren. Kwam het door de
arrogante wijkagent? Ligt het aan de falende politiek? In
Slotervaart-Overtoomseveld kwam een 'sociale tijdbom' tot
ontploffing.
door René Zwaap
AMSTERDAM-WEST, zaterdagmiddag. De muziek
voor aanvang van de grote demonstratie van (merendeels)
Marokkaanse bewoners van Slotervaart-Overtoomseveld tegen
het recente optreden van de politie in de buurt doet het
ergste vermoeden. Door de boxen schalt het protestlied
'Sabra en Chatilla' van de Marokkaanse hitformatie Nass el-Ghiwane, over de
moordpartijen op twee Palestijnse vluchtelingenkampen in
Libanon ten tijde van de Israelische stormloop op Beiroet
in 1982. In klaaglijk Arabisch schalt het onheilszwangere
protestlied door de regenachtige straten van de
nieuwbouwwijk die toch al onder een diepe,
Warschau-achtige triestheid gebukt gaat.
Zo'n achthonderd mensen zijn verzameld op de Postjesweg,
nabij moskee El Oumat. In de omgeving staat de Mobiele
Eenheid klaar. Motoragenten rijden af en aan. Enkele
vertegenwoordigers van de stadspolitiek - onder wie Roel
van Duijn van De Groenen en Maarten van Poelgeest namens
GroenLinks - zien het bezorgd aan.
'Jerry moet weg! Jerry moet weg!' scanderen uitgelaten
Marokkaanse jongens uit de buurt. De woede richt zich op
de wijkagent, Jerry P., in de buurt meestal 'Jerry
Springer' genoemd, die een jaar geleden in de wijk
arriveerde. Jerry's voorganger op bureau Meer en Vaart,
zo vertelt een Marokkaanse jongen, genoot nog het nodige
respect in de buurt. Jerry heeft met zijn
wildwestoptreden de goede contacten in één klap
weggevaagd. 'De oude wijkagent wist precies wie wie was.
Deze heeft nog nooit eerder met Marokkanen te maken
gehad, dat merk je wel.'
De slogans op de protestbordjes liegen er ook niet om.
'Zero Tolerance = Maximum Arrogance', luidt er een.
Andere strijdkreten richten zich tegen
welzijnsorganisatie Impuls, die ex-gedetineerden van
Marokkaanse afkomst naar de buurtcentra en scholen van
Amsterdam-West dirigeert om jongere Marokkanen ernstig te
onderhouden over de nadelen van een leven aan de
verkeerde kant van de wet. 'Ik word ziek van die
Impuls-gasten', zegt een jongen van achttien. 'Waarom
moet ik verplicht luisteren naar de verhalen van
gangsters en criminelen? Zelf doe ik nooit wat
verkeerds.'
Op donderdag 23 april ging de vlam in de pan in
Amsterdam-West. Na een op zich futiel incident bij de
Hart Nibbrigstraat in Slotervaart-Overtoomseveld vond er
een ware veldslag plaats tussen de politie en de
Marokkaanse jeugd. Wetenschappers van het
Crisisonderzoekscentrum van de Universiteit van Leiden
zijn inmiddels door de gemeente ingeschakeld om het
ontstaan van het conflict te achterhalen. Burgemeester
Patijn haastte zich naar het crisisgebied en kondigde
alvast een werkbezoek aan het Rif-gebergte aan om zich
beter in de problematiek te kunnen verplaatsen.
ONDERTUSSEN klinkt het ene na het andere noodsignaal uit
het stadhuis. Gesproken wordt over een 'sociale tijdbom'
die wel tot ontploffing móest komen. De politie in West
verkeert in staat van opperste paraatheid. Apocalyptische
verhalen over een ophanden zijnde Intifada in
Amsterdam-West zijn er legio. De politie zou al sinds
lange tijd de grootste moeite hebben om de opstandige
tweede generatie in de tuinsteden in bedwang te houden.
Angstige verhalen over Clockwork Orange-achtige
toestanden zetten de toon.
Maar de Marokkaanse jongeren die de menigte voor de
demonstratieve mars door de buurt toespreken, weten
beter. De burgemeester en zijn politievoorlichter Wilting
moeten hun excuses aanbieden, roepen zij. 'Wij zijn nette
jongens die gewoon voor onze rechten opkomen', klinkt het
in onvervalst Amsterdams met een Rif-tintje. Ook een
autochtone spreker uit de buurt, een wat oudere
Amsterdammer, uit dergelijke woorden. 'De politie heeft
hier rampzalig opgetreden', spreekt hij tot de menigte op
de Postjesweg.
Een der aanwezigen overhandigt een pamflet, geschreven
door een buurtbewoner die de rellen van de donderdag
ervoor met eigen ogen heeft zien ontstaan. 'De politie is
een grote rascist!!!' staat erboven. En:
'Slotervaart-Overtoomse Veld: Get up, stand up, and fight
for your rights'.
'HET WAS ALLEMAAL de schuld van de politie', zo begint
het pamflet, geschreven door een anonymus uit de buurt.
'Ik heb alles met mijn eigen ogen gezien en dat zal ik nu
even uitleggen. Twee kleine jongetjes van ongeveer 9 à
11 jaar zaten een fikje te steken in een prullebak.
Iemand uit 't buurt heeft de brandweer gebeld en niet de
politie. Een paar Marokkaanse jongens van ongeveer 12-17
jaar zaten daar. Er kwamen toen eerst twee agentes en die
keken even en liepen toen naar hun auto. Maar toen kwam
er een politie-agent op de motor en die begon heel boos
te zeggen: "Wie heeft het gedaan?" De jongens
keken elkaar aan en een van hun zei: "Weet ik
veel." De agentes die wegliepen bleven staan
toekijken. "Gaan jullie als de sodemieter weg van
hier, Turken!" ging de agent verder. De jongens
liepen weg naar huis of naar hun trap. Maar die ene
jongen M. (die ging praten) liep naar een trapje bij het
bejaardentehuis en ging daar rustig zitten. De motoragent
raasde over het grasveld heen en reed naar hem toe.
"Jij krijgt een bekeuring, jongeman", zei hij.
M. begon boos te worden en schreeuwde: "Waarom, wat
heb ik gedaan dan?" De agent begon te schreeuwen en
hem uit te schelden voor vieze Turk, vieze Marokkaan,
enzovoorts en wilde de jongen in de handboeien slaan,
omdat die jongen de bekeuring niet accepteerde. Toen
begon het gevecht. De agent pakte zijn knuppel en begon
op de jongen te slaan. De jongen vocht terug. Opeens zag
ik de agentes aan komen rennen en hun knuppels ook
pakken. Ze begonnen op de jongen in te beuken. Het
volgende moment zat M. in de handboeien en worstelde
tegen. Hij kreeg toen weer met de knuppel. Een paar
jongens die dit onterecht vonden kwamen helpen en die
kregen ook met de knuppel. Een was 12 en de andere 15
jaar. M. zat te bloeden maar de agent sloeg hem nu op
zijn dijbeen. De buurvrouw kwam schreeuwend naar buiten
en zei: "Wat is dit voor zooi?!! Ik heb alles gezien
en weet wat er is gebeurd. Wat voor politie-agenten zijn
jullie? Jullie vermoorden die arme jongen zowat." En
zo begon de rel. Langzaam had iedereen gehoord wat er aan
de hand was en begonnen te protesteren. In de tussentijd
waren de jongens van 12 en 15, die helemaal bewerkt waren
met de knuppel, worstelend in de handboeien geslagen. Ik
heb vergeten te vertellen dat de vader van M. (die van
niets wist en z'n zoon zag bloeden) wou weten wat er aan
de hand was. En wat deed die agent denk je... juist. Die
sloeg op het dijbeen van die vader.'
DE OPSTELLER van het pamflet (dat volgens de
politierapporten over de rellen van 23 april en daarna
een grote rol speelde) beklaagt zich ook over de wijze
waarop de lokale tv-zender AT5 de rellen versloeg. 'Ze
hebben alle stukjes er uitgeknipt. Van die buurvrouw die
begon te schreeuwen dat de politie de jongens bijna
doodsloeg met de knuppels en de kinderen die uitlegden
waarom ze zo reageerden, alles haden ze omgekeerd. En
Klaas Wilting (de persvoorlichter van de politie - rz)
begon ook allemaal dingen te zeggen die met deze zaak
niets te maken hadden. En ze hebben niet gezegd dat een
Marokkaanse jongen total loss werd geslagen door de
agenten. Onschuldige mensen die er helemaal niets mee te
maken hadden werden in elkaar geslagen. Is het misschien
omdat in deze buurt veel allochtonen wonen?'
De politie ontkende direct na de rellen dat er te hard
was opgetreden. Er werd slechts gehandeld uit
zelfverdediging, verkondigde Wilting, die getergd
reageerde op opmerkingen als zou de politie in West
inmiddels ook zijn bekeerd tot Jaap de Hoop Scheffers
evangelie van de zero tolerance. Al even woedend was
Wilting over vragen van de pers als zou de Amsterdamse
politie geen expertise hebben in het omgaan met
Marokkaanse jongeren. Door in West te werken met
samenscholingsverboden en andere bijzondere bepalingen
van de Algemene Politie Verordening (zoals een verbod op
het rondhangen in portieken op straffe van een boete van
130 gulden) zou de politie de laatste tijd olie op het
vuur gooien, menen betrokkenen.
'Wij Marokkanen zijn meer groepsmensen dan de
Nederlanders', aldus een jonge demonstrant. 'We ontmoeten
elkaar op straat en dan praten we wat. Maar de politie
ziet dan gelijk een jeugdbende staan.' Politievoorlichter
Wilting reageerde eerder al heftig op dergelijke
verwijten. 'We hebben juist uitstekende kennis binnen het
apparaat over de Marokkaanse cultuur', zei hij. 'We
hebben zelfs Marokkaanse geestelijken binnen de
organisatie gehaald.'
DE ANGST VOOR een 'Intifada' van de Marokkaanse jeugd
leeft al langer. De vorige Amsterdamse politiechef,
Nordholt, profeteerde al grote jeugdopstanden als gevolg
van gebrek aan economisch en sociaal perspectief.
Regelmatig vinden er opstootjes plaats tussen agenten en
groepen jongeren. Maar de demonstratie in West is zeker
niet exclusief een jongerenaangelegenheid. De helft van
de aanwezigen is huisvader. Vooral het feit dat de vader
van Mohamed F. - de achttienjarige jongen die op 23 april
samen met zijn dertienjarige broertje achter de tralies
werd gezet wegens verzet tegen arrestatie - door de
politie is geslagen, heeft kwaad bloed gezet. De man
staat in de buurt bekend als een respectabele, vrome
burger, terwijl ook zijn zoon in niets lijkt op het type
social outcast dat onderzoekers van de Marokkaanse tweede
generatie telkens presenteren als Bürgerschreck nummer
één. Integendeel, Mohamed F. doet het goed op school,
rookt en drinkt niet en heeft nog nooit van zijn leven
iets met de politie te maken gehad.
Zijn advocaat Maurice Veldman heeft inmiddels aangifte
gedaan van zware mishandeling van zijn cliënt door de
politie. De demonstranten vinden dat de politie steeds
nadrukkelijker iedere Marokkaan beschouwt als potentiële
misdadiger. 'Er heeft daar in Slotervaart-Overtoomseveld
bijna een nieuw Jordaanoproer kunnen plaatsvinden als
gevolg van een vorm van zero tolerance die wel het
laatste is wat die buurt nodig heeft', meent hij.
Niemand ontkent dat er problemen zijn in de buurt, maar
dat die zich zo massaal manifesteren als de politie zegt,
wijst iedereen van de hand. 'De politie zegt dat ze hier
honderdvijftig gestolen brommers hebben gevonden', zegt
een jongen tijdens de demonstratie. 'Maar dat is gewoon
bullshit. Deze buurt is helemaal niet zo erg. De politie
maakt zich schuldig aan zinloos geweld. Maar wat zij
kunnen, kunnen wij ook.'
DE DEMONSTRATIE zelf verloopt uiterst rustig. Het is
eerder een uitgebreide wandeltocht. Alleen bij het
plaatselijke politiebureau worden wat leuzen gescandeerd,
opnieuw vooral tegen de gewraakte wijkagent Jerry, die
inmiddels op non-actief is gesteld. De aanwezige
ordedienst, doodsbenauwd voor escalatie, maant de
roepende jongens direct om door te lopen. 'Wat zijn we
hier nu aan het doen?' beklaagt een jongen zich. 'We
lopen als makke schapen achter de politiepaarden aan.'
Het mag niet baten. De demonstranten trekken steeds
stiller door de uitgestorven buurt. Maar één keer wordt
van de door de politie voorgeschreven route afgeweken,
wanneer de agenten erop staan dat de mars door het
verlaten park van Osdorp en Slotervaart trekt, inderdaad
geen aangewezen plek voor maatschappelijk protest.
Uiteindelijk gaan de demonstranten zonder morren uiteen,
met de complimentjes van de leiding voor het rustige
verloop. Voorlopig is een crisis bezworen. De volgende
keer zou het er wel eens een stuk minder zachtzinnig aan
toe kunnen gaan. De eerste pogingen om in Nederland zero
tolerance te introduceren mogen weinig geslaagd worden
genoemd.
René
Zwaap in De Groene Amsterdammer van 6 mei 1998
Praat
mee in het Algemeen NafferForum
|